Maanden lang leek het erop dat Jan onbedreigd kampioen zou worden.
Maar de laatste weken bleek hij van slag te zijn: verlies tegen Patrick en Paul.
Intussen bleef Paul winnen. Met nog twee ronden te gaan bracht hij zijn achterstand op Jan terug tot 7 punten.
Ook Robbie hield de vaart er in. 33 punten achter Jan was hij weliswaar een outsider, maar theoretisch kon hij nog eerste worden.
En toen kwam de verrassende voorlaatste ronde
Jan trof Robbie als tegenstander. Na enig nadenken gaf hij Robbie de gelegenheid zijn geliefde opening, de Petroff - het vroegere Russich -, te spelen. 1. e4 ,e5; 2. Pf3, Pf6; etc. dus. Tot de 18de zet ging het gelijk op. Toen beging Jan een onnauwkeurigheid. Dat gaf Robbie de gelegenheid middels een aardige combinatie de Dames en de Torens af te ruilen en een pion te winnen. Dat voordeel gaf Robbie niet meer uit handen.
Paul speelde met wit tegen Joop. Bij winst of remise zou hij de nieuwe koploper worden. Maar al gauw bleek dat deze uitkomst niet vanzelfsprekend zou worden. Joop trok met zwart vol goede moed ten aanval, drong gevaarlijk binnen in Paul zijn koningsstelling en overzag mat in twee. Maar zoals dat vaak gaat: prima stellingen verpruts je niet zo maar. En Joop verprutste die niet. Penningen, dreigende aftrekschaakjes, dubbele aanvallen: daar moest Pauls verdediging onder bezwijken. En dat deed ze.
En zo bleef Jan 7 punten voorstaan op Paul. Robbie was deze avond de lachende derde. Met een achterstand van 14 punten op Jan en 6 punten op Paul kan er op de laatste avond nog van alles gebeuren. Het lijkt bij ons de eredivisie wel!!
In die laatste ronde moet Jan met zwart tegen Joop en Paul met zwart tegen Steffen. Wie de tegenstander van Robbie zal zijn, hangt af van de opkomst. Met wit tegen Patrick of tegen Albert.